Neem contact op met één van onze experten

Op 11 november 2021 keurde het Europees Parlement formeel de Country-by-Country directive of CbC-richtlijn goed. Deze richtlijn voorziet de invoering van een publiek landenrapport. Publieke CbC-rapportering verplicht multinationals die onder het huidige CbC-rapporteringsregime vallen om bepaalde informatie aan het brede publiek openbaar te maken. Dat bevordert de transparantie van ondernemingen en ontmoedigt belastingontwijking.
Sinds 2016 zijn multinationale groepen die een geconsolideerde omzet hebben van meer dan 750 miljoen euro verplicht een landenrapport in te dienen. Verplichte documentatievereisten voor transfer pricing zorgen voor meer transparantie en omvatten een drieledige rapportering, waaronder een landenrapport.
Deze verplichting treft slechts een beperkt aantal multinationale ondernemingen met hoofdhuis in België. Al is het aantal Belgische groepsentiteiten die mee opgenomen worden in het landenrapport van het buitenlandse hoofdhuis wel aanzienlijk. Het blijft dus aangewezen om na te gaan of de Belgische groepsentiteit een CbC-notificatie moet indienen.
De nieuwe regels hebben een gelijkaardig toepassingsgebied als de bestaande CbC-wetgeving. Ook nu blijft een geconsolideerde omzet van minimaal 750 miljoen euro een vereiste, net als actief zijn in meer dan één Europese lidstaat.
Bepaalde multinationale groepen kunnen misschien genieten van een tijdelijke vrijstelling, al zullen die voorwaarden zeer strikt zijn.
Het publiek landenrapport moet een overzicht geven van volgende elementen:
Elke EU-lidstaat moet deze informatie aanleveren voor elke jurisdictie vermeld op de zogenaamde Europese ‘zwarte’ en ‘grijze’ lijst of EU list of non-cooperative jurisdictions.
Het publiek landenrapport wordt openbaar gemaakt door online publicatie van een gestandaardiseerde en elektronisch leesbare template.
De CbC-richtlijn voorziet ook in een evaluatieclausule om de regelgeving over het publieke landenrapport te beoordelen met het oog op een eventuele verlenging na een initiële periode van vier jaar.
De CbC-richtlijn zal in werking treden 20 dagen na publicatie in het officiële EU-journaal. Europese lidstaten hebben vervolgens 18 maanden de tijd om de richtlijn om te zetten in nationale wetgeving. Elke Europese lidstaat kan dat wel al eerder doen. Ondernemingen worden waarschijnlijk vanaf midden 2024 geconfronteerd met deze nieuwe wetgeving.
Voor veel ondernemingen zal het weinig extra werk vragen om te voldoen aan deze nieuwe publieke CbC-verplichting. De meeste data moeten al verzameld worden voor de gewone CbC-rapportering. Toch zijn bijkomende vragen niet uit te sluiten aangezien het landenrapport nu beschikbaar wordt voor het brede publiek.
Hebt u graag begeleiding bij uw transfer pricing rapportering of wenst u advies over uw algemene transfer pricing beleid? Aarzel niet om contact op te nemen met onze experten.