Overslaan en naar de inhoud gaan
#Belastingen #Fraude #Wetgeving

FATCA: beter voorkomen dan terugvorderen

vrijdag 31/03/2017
FATCA

Sinds 1 juli 2014 is de Amerikaanse FATCA of Foreign Account Tax Compliance Act van toepassing. Deze wetgeving kadert in de strijd tegen fiscale fraude en is erop gericht om wereldwijd belastingontwijking door Amerikaanse burgers aan te pakken door middel van een nieuw stelsel van wereldwijde automatische gegevensuitwisseling.

Welke verplichtingen heeft de FATCA – wetgeving juist ingevoerd?

Op basis van de FATCA-wetgeving worden bepaalde identificatie-, rapporterings- en/of inhoudingsplichten opgelegd aan partijen die zowel in als buiten de US zijn gevestigd. Op deze manier wenst de Amerikaanse fiscus (IRS) komaf te maken met structuren waarbij Amerikaanse personen hun toevlucht zoeken tot buitenlandse financiële rekeningen om bepaalde inkomsten verborgen te houden voor de IRS.

Deze wetgeving kent een zeer brede toepassing en heeft betrekking op zowel financiële als niet-financiële entiteiten/personen. Het feit dat een land een dubbelbelastingverdrag heeft ondertekend met de US, ontslaat de rijksinwoners van dit land niet van hun verplichtingen onder de FATCA-wetgeving. Deze voornoemde verplichtingen vloeien niet alleen voort uit de desgevallend toepasselijke US FATCA- wetgeving maar ook uit internrechtelijke regels die elk land voor zich specifiek kan hebben opgemaakt. Zo werd in België op 23 april 2014 een intergouvernementeel akkoord met de US ondertekend waarbij de FOD Financiën zich ertoe verbindt de inlichtingen geviseerd door FATCA-wetgeving aan de Amerikaanse fiscus (IRS) te bezorgen.

Hoe kan dit een effect hebben op Belgische inwoners?

In de praktijk komt het erop neer dat Belgische inwoners, zowel privé- personen als rechtspersonen, op verschillende manieren kunnen worden geconfronteerd met de FATCA-wetgeving:

  • Indien de Belgische inwoner rechtstreeks begunstigde is van betalingen uit de US

    In deze situatie zal een Belgische begunstigde van betalingen uit de US (meestal op vraag van zijn klant/contractspartij) zichzelf dienen te identificeren aan de Amerikaanse tegenpartij teneinde 30% bronheffing te vermijden bij de betaling van de betreffende sommen.

    Door het brede toepassingsgebied vallen zowaar bijna alle niet-Amerikaanse personen of ondernemingen die, op directe of indirecte wijze , een vorm van inkomsten ontvangen uit de US, onder deze inhouding van bronheffing. De beoogde inkomsten zijn onder meer interesten, dividenden, huurgelden, salaris, loon, premies, (lijf)renten, vergoedingen, beloningen, honoraria, of ander vaste of bepaalbare jaarlijkse of periodieke winsten, baten of inkomsten. Daarnaast worden ook de bruto-opbrengsten beoogd van de verkoop of een andere overdracht van elke eigendom die dividenden of interesten kan voortbrengen.

    Op deze betalingen dient aldus door de Amerikaanse schuldenaar 30% bronheffing te worden ingehouden, tenzij deze laatste de nodige documentatie kan bekomen van de niet-Amerikaanse genieter van de inkomsten waardoor kan worden nagegaan hoe deze buitenlandse genieter kwalificeert onder de FATCA-wetgeving.
     

  • Door het aanhouden van een rekening bij een niet-Amerikaanse financiële instelling

    In deze situatie zullen de geviseerde financiële instellingen (banken, verzekeraars, collectieve ­beleggingsinstellingen, enz.) hun cliënten die één van de zogenaamde “US indicia” bezitten, moeten onderwerpen aan een reeks van verplichtingen waaronder een identificatieplicht en mededelingsplicht van bepaalde gegevens m.b.t. de financiële rekeningen (hetgeen ruimer is dan alleen maar bankrekeningen) die deze cliënten bij hen aanhouden.

    “US indicia” zijn onder meer:

    • voor natuurlijke personen:

      • Amerikaanse nationaliteit of verblijfplaats in US of Greencard;
      • geboorteplaats in de US;minstens 1 adres in de US;
      • telefoonnummer in de US;
      • opdracht van een buitenlandse financiële rekening naar een rekening in de US;
      • een volmacht op een financiële rekening voor een persoon met adres in de US.
    • voor rechtspersonen:

      • indien gevestigd in US of zetel in US;
      • indien adres in de US (exploitatiezetel, postadres).

         Buitenlandse financiële instellingen die niet deelnemen aan FATCA of de FATCA-verplichtingen
         niet correct naleven, ondergaan een 'financiële' sanctie in de vorm van de bronheffing van 30 % op
         het gros van de betalingen van Amerikaanse oorsprong aan de financiële instellingen in kwestie
         (ongeacht of deze betalingen voor eigen rekening of voor rekening van hun cliënten worden
         ontvangen).

Hoe kan men de bronheffing vermijden?

Teneinde de FATCA-verplichtingen te voldoen en bijgevolg de 30% bronheffing te vermijden, dient gebruik gemaakt te worden van de verschillende formulieren die ter zake door de Amerikaanse fiscus werden opgesteld. In het geval van een Belgische begunstigde van US inkomsten of een cliënt met een financiële rekening bij een niet-Amerikaanse financiële instelling, zijn de formulieren W-9 (voor Amerikaanse burgers), W-8BEN-E (voor niet-Amerikaanse entiteiten) en W-8BEN (voor niet-Amerikaanse privé-personen) de meest voorkomende. Voor het vervolledigen van deze formulieren kan het in bepaalde gevallen ook aangewezen zijn om een US belastingnummer aan te vragen. De aanvraag van dergelijk belastingnummer maakt een buitenlandse persoon of entiteit niet automatisch belastingplichtig in de US. Integendeel, dergelijk nummer kan zelfs noodzakelijk zijn om bepaalde vrijstellingen op basis van het toepasselijke dubbelbelastingverdrag te kunnen claimen.

Via het invullen van deze formulieren kwalificeert men zich onder de FATCA-wetgeving. Een correcte invulling van de voornoemde formulieren en bijgevolg juiste kwalificatie van een buitenlandse (rechts)persoon is dan ook essentieel om de 30% bronheffing te vermijden. In principe is de ‘uitbetaler’ van inkomsten of gelden van Amerikaanse oorsprong of desgevallend de niet-Amerikaanse financiële instelling verantwoordelijk voor de correcte toepassing van de FATCA-wetgeving en de eventuele inhouding.

De ‘uitbetaler' of de niet-Amerikaanse financiële instelling kan dan ook aansprakelijk worden gesteld bij foutieve niet-inhouding. Bijgevolg is het niet uit te sluiten dat deze laatsten er bij de kleinste onduidelijkheid of onregelmatigheid inzake de FATCA-formaliteiten veiligheidshalve voor zullen opteren om de bronheffing toch in te houden. Indien de bronheffing onterecht werd ingehouden, bestaat de mogelijkheid om onder bepaalde voorwaarden de terugvordering van de bronheffing aan te vragen bij de Amerikaanse fiscus. Hierbij dient wel vermeld te worden dat dergelijke procedure enorm lang kan aanslepen en tevens de nodige kosten met zich mee zal brengen. Het is dan ook sterk aan te raden om voorafgaand de nodige FATCA-formaliteiten te vervolledigen teneinde te vermijden dat men later via een lange en kostelijke procedure de 30% bronheffing moet proberen terug te vorderen.

In de huidige mondiale samenleving waarbij financiële transacties met US personen of entiteiten niet meer kunnen worden weggedacht is het aldus uitermate belangrijk om voldoende voorbereid te zijn op de impact die de FATCA-wetgeving kan hebben op financieel vlak, zowel voor professionele spelers als voor particulieren.

Zoals voorheen reeds vermeld is het toepassingsgebied van deze wetgeving zeer ruim zodat iedereen vroeg of laat met de FATCA-wetgeving te maken kan krijgen. Het tijdig en correct invullen van de betreffende formulieren is hierbij dan ook van het grootste belang om te vermijden dat er veiligheidshalve, maar onterecht, 30 % bronheffing wordt ingehouden.

Neem contact op met één van onze experten

An Lettens

An Lettens

Partner Tax & Legal Services

Contact