Sociale zekerheid bij thuiswerk in een internationale tewerkstelling
Thuiswerk en grensoverschrijdende tewerkstelling in coronatijden
Personen die binnen Europa minstens 25% van hun arbeidstijd werken in hun woonstaat, vallen onder het sociale zekerheidsstelsel van hun woonland.
Tijdens de pandemie waren werknemers verplicht vaak van thuis uit te werken. Om te vermijden dat daardoor de sociale zekerheid zou verschuiven, hield men tijdens de coronacrisis geen rekening met thuiswerk. Voor personen die tegelijk in verschillende landen van de Europese Unie tewerkgesteld waren, veranderde er niets aan het toepasselijke sociale zekerheidsstelsel.
Na verschillende verlengingen verdwijnt deze uitzondering op 30 juni 2023. En dat is van belang, want vandaag is in heel wat ondernemingen gedeeltelijk thuiswerk volledig ingeburgerd.
Thuiswerk vandaag bij internationale tewerkstelling
Vanaf 1 juli 2023 gelden opnieuw de basisregels van de ‘Europese verordening inzake sociale zekerheidscoördinatie bij grensoverschrijdende tewerkstelling’. De sociale zekerheid van de woonstaat is van toepassing als de persoon in kwestie minstens 25% vanuit zijn woonstaat thuiswerkt, de zogenaamde 25%-regel.
Een voorbeeld
Een Nederlandse werknemer werkt twee dagen per week vanuit zijn woonplaats in Breda en de overige drie dagen van de week op kantoor in Antwerpen. Op basis van de Europese Verordening valt hij of zij onder de Nederlandse sociale zekerheid. Voor de Belgische werkgever leidt dat tot bijkomende verplichtingen tegenover de Nederlandse autoriteiten.
Model kaderakkoord komt eraan
Om tegemoet te komen aan het toegenomen thuiswerk werkte Europa een model kaderakkoord uit. Dat biedt de mogelijkheid om de sociale zekerheid in het land van de vestiging van de werkgever te houden. En dat ook al werkt de werknemer van thuis in een ander land van de Europese Unie.
- Het kaderakkoord trekt de 25%-regel op naar een 50%-regeling. Werkt de werknemer minder dan 50% van de totale arbeidstijd (dus maximum 49%) in zijn woonstaat? Dan blijft de plaats van de zetel van de werkgever bevoegd op vlak van sociale zekerheid.
- De regeling is alleen van toepassing op werknemers die werkzaam zijn voor 1 werkgever of meerdere werkgevers in dezelfde lidstaat én als het gaat om een combinatie van werken op de vestiging van de werkgever en thuiswerk.
- Het kaderakkoord gaat in op 1 juli 2023. Lidstaten kunnen zelf beslissen of ze het akkoord ondertekenen of niet. Doen ze dat, dan verbinden ze zich ertoe om systematisch in te stemmen met een vraag om de lidstaat waar de zetel van de werkgever is gevestigd bevoegd te verklaren als de werknemer minder dan 50% van de totale arbeidstijd in zijn woonstaat werkt. België heeft alvast aangekondigd het akkoord te ondertekenen. Ook de Nederlandse minister van Sociale Zaken heeft zich in die zin uitgesproken.
Voor lidstaten die het akkoord niet ondertekenen, blijft de 25%-regel van toepassing.
Let op! Deze regeling geldt alleen voor de sociale zekerheid. Op fiscaal vlak is er geen akkoord. Al sinds 30 juni 2022 gelden opnieuw de internationale dubbelbelastingverdragen voor grensarbeiders.
Meer keuze
Op basis van deze nieuwe regeling en op voorwaarde dat de beide lidstaten het modelakkoord ondertekend hebben, kan binnenkort dus gekozen worden voor de sociale zekerheid van het land van de vestiging van de werkgever. Voorwaarde is wel dat de werknemer minder dan 50% van zijn arbeidstijd van thuis uit werkt.
Hebt u vragen over internationale tewerkstelling of over de formaliteiten die u als werkgever moet vervullen, aarzel niet om ons te contacteren.