Overslaan en naar de inhoud gaan
#Tax & Legal #Fiscaliteit

De fiscus trapt mee: bedrijfsfietsen voortaan meer in het vizier

woensdag 24/04/2024

De populariteit van bedrijfsfietsen is niet ontsnapt aan de aandacht van de fiscus. Sinds 1 januari 2024 zijn er nieuwe regels van kracht over het voordeel alle aard (VAA) op de gratis terbeschikkingstelling van bedrijfsfietsen en ontvangen fietsvergoedingen. Deze maatregelen geven de fiscus bovendien ruimte voor verhoogde controles. We overlopen in dit artikel welke gevolgen dat voor u als ondernemer heeft.

Sinds 1 januari 2024 is het verplicht om het voordeel van alle aard dat door een werknemer of bedrijfsleider wordt genoten bij de gratis terbeschikkingstelling van een bedrijfsfiets, evenals het totaalbedrag aan ontvangen fietsvergoedingen voor verplaatsingen tussen de woonplaats en de plaats van tewerkstelling, op een fiscale fiche (281.10 of 281.20) te rapporteren. Hierdoor zal de fiscus (makkelijker) kunnen controleren of het gaat om vrijgestelde voordelen en vergoedingen, dan wel of hierop belastingen verschuldigd zijn.

Wijzigingen in de wetgeving

Enkel indien aftrek van de forfaitaire- en niet de werkelijke beroepskosten

Door een wetswijziging (van artikel 38, §1, eerste lid, 14° van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992) is de fiscale vrijstelling van het voordeel van alle aard van de bedrijfsfiets en de fiscale vrijstelling van de fietsvergoeding vanaf 1 januari 2024 enkel nog mogelijk voor belastingplichtigen die kiezen voor het stelsel van de aftrek van de forfaitaire beroepskosten (voor het inkomstenjaar 2024 bedraagt dit forfait 5.750 euro).

Belastingplichtigen die kiezen voor de aftrek van de werkelijke beroepskosten worden derhalve automatisch uitgesloten van de vrijstellingsregeling. In dat geval maken de aan de werknemer of bedrijfsleider toegekende fietsvergoedingen en/of het voordeel van de bedrijfsfiets een beroepsinkomen uit dat belastbaar is tegen het progressief tarief. De werkelijke kosten van de fiets (en de verplaatsingen) zijn dan wel aftrekbaar.

Nieuw basisbedrag fietsvergoeding

Anderzijds werd sinds 1 januari 2024 het te indexeren basisbedrag van de kilometervergoeding verhoogd naar 0,177 euro, zodoende het fietsgebruik aan te moedigen. Voordien bedroeg dit nog 0,145 euro. Zo bedraagt voor inkomstenjaar 2024 (aanslagjaar 2025) de geïndexeerde kilometervergoeding 0,35 euro per afgelegde kilometer.

Vrijstellingsplafond fietsvergoeding

Nieuw is wel dat er voortaan een plafond van toepassing is aan maximale fietsvergoeding die per belastingplichtige en per belastbaar tijdperk belastingvrij kunnen worden ontvangen. Dit plafond heeft een te indexeren basisbedrag van 1.285 euro. Voor inkomstenjaar 2024 (aanslagjaar 2025) bedraagt het geïndexeerde plafondbedrag 2.500 euro. Wanneer het hierboven vermelde maximum bedrag van 0,35 euro/km zou worden toegekend, betekent dit dat voor zo’n 7.142 kilometers een vrijgestelde fietsvergoeding zou kunnen worden toegekend, wat bij een dagelijkse verplaatsing gedurende 220 dagen per jaar overeen stemt met een woon-werk-afstand van 16 kilometer (enkel).

Enkel het gedeelte van de fietsvergoeding dat het jaarlijkse vrijstellingsplafond niet overschrijdt, maakt een belastingvrij inkomen uit.

Controlemogelijkheid van de fiscus door nieuwe ficheverplichting

Om de nieuwe voorwaarden te kunnen controleren, werd het vanaf 1 januari 2024 verplicht om het voordeel van de bedrijfsfiets en het totaalbedrag aan ontvangen fietsvergoedingen op een fiscale fiche (281.10 of 281.20) aan te geven.

Hierbij moet het aan te geven voordeel van de bedrijfsfiets trouwens worden vastgesteld volgens de werkelijke waarde bij de verkrijger, wat inhoudt dat het moet overeenstemmen met de volledige kostprijs (van de fiets, maar ook van de toebehoren, onderhoud, verzekering, enzovoort) die de genieter had moeten dragen indien hij zelf het voordeel zou dienen te financieren. De fiscale vrijstelling van het voordeel van de bedrijfsfiets is in tegenstelling tot de vrijstelling van de fietsvergoeding evenwel niet onderworpen aan een maximumbedrag.

In ieder geval moet het totaalbedrag aan ontvangen fietsvergoedingen en/of het voordeel van de bedrijfsfiets in hun totaliteit op de voornoemde fiscale fiches worden vermeld.

Maar omdat de controle van de vrijstelling slechts kan gebeuren op het niveau van de aangifte in de personenbelasting, worden de fietsvergoeding en het voordeel van de bedrijfsfiets wel niet in aanmerking genomen voor de grondslag waarop de bedrijfsvoorheffing wordt berekend en is er dus geen bedrijfsvoorheffing op verschuldigd.

Met deze nieuwe ficheverplichting zal de fiscus bij de vestiging van de aanslag in de inkomstenbelasting de mogelijkheid krijgen om na te gaan of een belastingplichtige niet dubbel de fiscale voordelen geniet, door enerzijds een belastingvrij voordeel van de bedrijfsfiets te genieten en vervolgens anderzijds nog eens zijn fietskosten in mindering brengt via de aftrek van de werkelijke beroepskosten. Daarnaast kan de fiscus zo ook makkelijker controleren of het grensbedrag van de kilometervergoeding evenals het jaarlijkse vrijstellingsplafond niet wordt overschreden.

Indien er, voor inkomstenjaar 2024 (aanslagjaar 2025), een hogere kilometervergoeding dan 0,35 euro per afgelegde kilometer wordt toegekend of wanneer het vrijstellingsplafond van 2.500 eurowordt overschreden, vormt dit voor het overschrijdende gedeelte immers een belastbaar beroepsinkomen voor de werknemer of bedrijfsleider.

Wat betekent dit voor u en uw onderneming?

Voor werkgevers en sociale secretariaten zal de nieuwe ficheverplichting tot heel wat bijkomende administratie leiden.

Voor de fietsende werknemers en bedrijfsleiders is het welgekomen dat de maximale kilometervergoeding stijgt. Sommigen onder hen zullen evenwel voortaan geconfronteerd worden met een plafond op hun toekenning. Dit lijkt ons een merkwaardige en jammere evolutie die het gebruik van de fiets als efficiënte, gezonde en milieuvriendelijke manier om zich te verplaatsen tussen de woonplaats en de plaats van tewerkstelling niet beslist aanmoedigt.

Heeft u nog vragen over deze fiscale kwestie en de gevolgen voor uw onderneming? Onze experts staan voor u klaar.

Neem contact op met één van onze experten

Pieter Vandierendonck

Pieter Vandierendonck

Manager Tax & Legal Services

Contact
Dimitri Lemeire

Dimitri Lemaire

Director Tax & Legal Services

Contact