Problematiek
Momenteel is de verhuur van onroerende goederen in de regel vrijgesteld van btw. Hierop bestaan enkele uitzonderingen, maar deze worden heel strikt geïnterpreteerd. Zo is de verhuur van opslagruimte bijvoorbeeld wel onderworpen aan btw, maar dan mag er geen kantoor aanwezig zijn in dat gebouw dat meer dan 10% van de oppervlakte bedraagt.
Competitiviteitshandicap
Het gevolg van deze bepaling is dat voor logistieke centra (waar de kantoorruimte vaak meer dan 10% van de oppervlakte bedraagt) de verhuur onder de btw- vrijstelling valt. Voor de verhuurder wil dit zeggen dat de btw op de oprichting, verbouwing en renovatie niet aftrekbaar is. Dit vertaalt zich in hogere huurprijzen. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Nederland, waar de optie om onroerende verhuur te onderwerpen aan btw reeds jarenlang is ingevoerd mits er aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Om deze competitiviteitshandicap weg te werken werd reeds in de beleidsnota van oktober 2016 overwogen om onroerende verhuur toch aan btw te onderwerpen.
Invoering optioneel stelsel in België
In het zomerakkoord wordt de optie om onroerende verhuur aan btw te onderwerpen nu ook effectief voorzien. De invoering van de optie om onroerende verhuur aan btw te onderwerpen, zou een enorme (positieve) impact hebben op de vastgoedmarkt. Op dit ogenblik zijn er echter nog geen concrete teksten beschikbaar over de invulling van dit optioneel stelsel, buiten dat het enkel zou gelden voor nieuwe huurovereenkomsten.
Van zodra er meer informatie is over de invoering van het optioneel stelsel, brengen wij u hiervan uiteraard op te hoogte.